Grove motoriek bij kleuters

Daniëlle Koch en Janneke van de Groes zijn beiden werkzaam in groep 1/2 en ambassadeurs van Kleuteruniversiteit. Allebei hebben ze een grote affiniteit met de motorische ontwikkeling en zijn hier dan ook in en buiten de klas veel mee bezig. Janneke heeft een studie motorische remedial teaching gevolgd en Danielle volgt tijdens de opleiding Educational Needs verschillende motoriek-modules. De kennis en vaardigheden die zij tijdens deze studies opgedaan hebben, gebruiken zij in hun eigen praktijk.

De afgelopen twintig jaar is de kijk op de motorische ontwikkeling van kinderen flink veranderd. Zo werd eerst vaak heel lineair naar het ontwikkelingsproces gekeken, terwijl er nu wordt gekeken naar het grotere geheel; de dynamiek en omgeving waarin het kind zich ontwikkelt. Danielle en Janneke zochten uit wat motorische ontwikkeling is, hoe de grove motoriek verloopt en hoe je dit in de klas kunt stimuleren. In deze blog delen zij hun ervaringen met jullie.

Het belang van motorische vaardigheden
Al spelend en bewegend leert een kind de wereld kennen. Dit gaat met vallen en opstaan. Ieder kind doorloopt zijn ontwikkeling op zijn eigen tempo. Naast de genetische aanleg wordt de ontwikkeling bepaald door omgevingsfactoren, zoals de invloed van familie, school en bijvoorbeeld buitenspeelmogelijkheden.

Dit geldt ook voor de motorische ontwikkeling. Motorische vaardigheden zijn van belang voor veel ontwikkelingsgebieden. Een kind kan de wereld niet ontdekken zonder te bewegen. Ze moeten dingen kunnen grijpen om te kunnen begrijpen. Kinderen willen voorwerpen vastpakken, voelen en verplaatsen; het helpt hen bij hun leerproces. Zelfs eten, spreken en het uiten van emoties doet een beroep op de motoriek. Je kunt je dus niet optimaal ontwikkelen zonder motorische vaardigheden.

Het verschil tussen fijne en grove motoriek
Fijne motoriek zijn gecoördineerde acties om voorwerpen met de hand, vingers en duim te pakken, vast te houden en te laten bewegen. Denk hierbij aan schrijven, knippen, scheuren, kleien en prikken.

Grove motoriek bestaat uit grote en grove bewegingen. Denk hierbij aan springen, gooien, mikken, klimmen, balanceren, fietsen en nog veel meer.

In veel kleuterklassen wordt aan de fijne motoriek veel aandacht besteed in de klas. De grove motoriek krijgt voornamelijk de aandacht buiten de klas. Denk hierbij aan de gymles, het vrij spelen in de speelzaal en het buitenspelen. In de klas zijn kinderen natuurlijk ook grof motorisch aan de slag terwijl ze spelen. Daarnaast kun je in de klas nog veel meer inzetten. Wij zochten uit hoe je ook in de klas aan de slag kunt gaan met grof motorisch leren.

Wat is motorische ontwikkeling?
Motoriek speelt bij jonge kinderen een belangrijke rol in de gehele ontwikkeling. Deze ontwikkeling start al tijdens de zwangerschap. Binnen de eerste 10 weken strekt het ongeboren kind de nek en vervolgens volgen al snel de eerste bewegingen in de ledematen, komen de eerste trapjes en draaibewegingen. Motoriek is dus overal en altijd in elke fase van het leven van een mens terug te zien.

Er zijn 5 bouwstenen die horen bij de motorische ontwikkeling. Dit zijn snelheid, kracht, coördinatie, lenigheid en uithoudingsvermogen. Hierbij komen de grove motoriek, de fijne motoriek en de sensomotoriek samen. Onderwijsprofessionals denken vaak dat eerst de grove motoriek ontwikkeld moet zijn, voor de fijne motoriek kan worden aangeleerd. Dat klopt echter niet helemaal. Het is niet het een en dan het ander. Het ontwikkelt zich namelijk door elkaar en met elkaar. Kijk maar eens naar de motorische ontwikkeling van een baby. Een baby van enkele maanden gaat vanzelf grijpen naar allerlei objecten, dit noemen ze de grijpreflex. Het optillen van de armen en/of benen zijn grof motorische handelingen, het vastpakken van de objecten en het buigen van de vingerkootjes is een fijn motorisch handeling. Ze volgen elkaar dus niet altijd op; fijne- en grove motoriek gaan vaak samen.

Het verloop van de grof motorische ontwikkeling
De motorische ontwikkeling start al vanaf de geboorte en gaat van boven naar beneden. Het start met het hoofd stabiel houden en vervolgens komen steeds meer lichaamsdelen erbij, totdat het hele lichaam gebruikt kan worden bij het huppelen. Volgens ontwikkelingspsycholoog Gesell is de grofmotorische ontwikkeling gebaseerd op sleutelleeftijden. Deze hebben wij in een overzichtelijk schema gezet.

Veel vaardigheden leren kinderen door te ontdekken. Ze proberen dingen uit, maar zien ook andere kinderen motorische vaardigheden uitvoeren die ze na willen doen.

Hoe kun je motorische vaardigheden aanleren
Kinderen kunnen motorische vaardigheden op verschillende manieren leren. Leren kan op twee manieren; expliciet en impliciet. Bij expliciet leren wordt uitgebreid verteld hoe een kind een vaardigheid moet uitvoeren. Er worden veel mondelinge technische aanwijzingen gegeven over hoe je bijvoorbeeld de armen of benen moet bewegen. Bij expliciet leren wordt er een beroep gedaan op de cognitie van het kind. Het kind moet bewust nadenken over de bewegingen die hij uitvoert na aanleiding van de instructies die hij heeft gekregen.

Bij impliciet leren probeert het kind bewegingen uit en ervaart wat wel en niet werkt voor hem. Door te doen en te ervaren wordt informatie onbewust verwerkt, er is geen foute manier. Hierdoor is de kans op falen klein. Je kunt impliciet leren stimuleren door:
– weinig instructie te geven en vooral veel voor te doen en mee te doen;
– opdrachten te geven waarbij het resultaat van de beweging centraal staat en niet de uitvoering;
– zorgen voor succeservaring en daarbij gebruik te maken van opdrachten die lukken. Want als iets lukt, hoeft je er niet of minder over na te denken;
– kinderen de ruimte geven om te experimenteren in hun bewegingen;
– veel variatie in opdrachten aanbieden;
– gebruik maken van de fantasie van kinderen. Bijvoorbeeld: ‘Maak een zo’n groot mogelijke stap als een olifant of als een reus.’
– stimuleren van herhaling door middel van variatie in de oefeningen.

Ontwikkeling grove motoriek stimuleren in de klas
Je kunt de ontwikkeling van grofmotorische vaardigheden in de klas stimuleren door de kinderen veel te laten bewegen. Zorg voor genoeg (vrije) beweegmomenten op een dag. Hierbij kun je denken aan beweegmomenten tijdens het spelen en werken. Tips:

– Laat de kinderen niet alleen zittend op een stoel aan tafel werken, maar ook op andere manieren zoals staand, zittend op een bal of laat ze spelen op matten.
– Maak een beweeghoek, zoals ambassadeur Linda. In deze blog vertelt zij over haar ervaringen met de beweeghoek.
– Gebruik instructies waarbij de kinderen mogen bewegen. Je kunt alle kinderen actief en bewegend mee laten doen door vragen te stellen zoals ‘ga staan als het antwoord goed is, leg je hand op je hoofd als je het woord rood hoort, ga bij elke tel door je knieën.’
– Gebruik coöperatieve werkvormen als ‘zoek iemand die’ en ‘deel en wissel uit’. Tijdens het rondlopen kun je de kinderen laten sluipen op de tenen, kruipen over de vloer of springen als een kikker.
– Ga aan de slag met bewegend leren tijdens kringmomenten. Voor meer informatie over bewegend leren kun je de blog ‘bewegend leren? hoe werkt dat?‘ lezen.
– Zet de beweegposter (verkrijgbaar bij kinderboekhandel Kiekeboek in Haarlem) en/of het Bewegingsspel van Kleuteruniversiteit in.
– Gebruik de wisselmomenten tussen de activiteiten door om even te bewegen. Speel spelletjes als ‘de juf zegt’, laat kinderen bewegingen maken zoals springen en draaien, doe kinderyoga of dans de maandenboogie van Zinglish.

Beweegmomenten in het rooster
Zorg voor vaste buitenspeeltijden en gymlessen op het rooster. Geef de kinderen bij het buitenspelen veel verschillende materialen. Denk hierbij aan: verschillende soorten ballen, goals, een basket, springtouwen, loopklossen, skippyballen, fietsen, steps, karren, enzovoort. Ga tijdens de gymlessen aan de slag met toestellen, maar ook met bewegingen, ritmes en spelletjes. Wil je een goede kwaliteit bewegingsles in elkaar zetten, let dan op de volgende punten:
– De kinderen bewegen veel en op hun eigen niveau.
– Er is een veelzijdig en afwisselend aanbod aan activiteiten.
– De kinderen bewegen samen met andere kinderen.
– Ze hebben plezier in bewegen.
– Ze kunnen veilig bewegen.

De beweeghoek
De beweeghoek is een hoek die je steeds meer in het kleuteronderwijs voorbij ziet komen. Ambassadeur Linda heeft een beweeghoek in haar groep. Zij vertelt graag over haar ervaringen.

“Bij ons op school hebben wij op de gang een beweeghoek gemaakt. Hier ligt een mat, die de kinderen kunnen gebruiken om lekker op te bewegen. Dit kunnen ‘vrije’ bewegingen zijn, maar er hangt ook de beweegposter van Kleuteruniversiteit en de beweegposter van Meester Sander (de beweegposter van Meester Sander staat in zijn boek Meesterlijk Kleuteronderwijs). Op de beweegposter van Kleuteruniversiteit staan allerlei bewegingen die de kinderen na kunnen doen. Het leuke is dat kinderen hierin elkaar ook stimuleren. Een meisje deed eerst een beweging die een ander meisje nog niet kon. Dat meisje stimuleerde haar om het te proberen, ze gaf aanwijzingen en na enig oefenen lukte het haar wel; ontzettend tof om te zien!

Met de beweegposter van Meester Sander oefenen kinderen verschillende bewegingen in combinatie met letters, cijfers, kleuren en vormen. Ze pakken bijvoorbeeld een kaart met het cijfer, zoeken deze op de poster op en doen deze beweging zo vaak als het cijfer op de kaart aangeeft. Meester Sander zet ook regelmatig nieuwe beweeghoeken online. Zo hebben we al een beweeghoek in het thema herfst gehad, in het thema Sinterklaas en nu hangt in onze gang een beweeghoek met als thema kerst. Wat ik verder nog heb liggen is een bakje met wat materialen, zoals een pittenzak, een kleine ring en een tennisbal. Ook hier kunnen de kinderen bewegingen meedoen. Oefen maar eens met op één been staan met een ring op je hoofd! Je zult zien dat dat een stuk lastiger is! Naast dat ik opdrachten geef, bedenken de kinderen ook zelf opdrachten of kunstjes voor elkaar. Er komen vaak kinderen naar me toe die zeggen ‘juf. kijk eens welk kunstje ik kan!’ Ik vind de beweeghoek heerlijk en het is zo goed voor ze!”

 

We hopen dat we jullie hebben kunnen inspireren met deze blog. Wil je meepraten over dit onderwerp? Ga dan naar de Facebook-groep Vrienden van Kleuteruniversiteit. Daarnaast kun je ons volgen op Instagram via @juf_danielle_ en @kleuterjuf_janneke.